ING: Genoeg werk maar te weinig personeel bij accountants
Stabiel groeipad in 2023 en 2024
Na twee uitzonderlijke jaren door de coronapandemie keerde de accountancybranche in 2022, met een groei van het aantal gefactureerde uren met 3,6%, terug naar een stabiel groeipad. Voor 2023 wordt, met een volumegroei van rond de 3%, een iets lager groeitempo verwacht. Met een economische groei die dit jaar grotendeels tot stilstand komt, een relatief hoge rente en aanhoudende onzekerheid in de markt verwachten bedrijven in 2023 minder te investeren, waardoor de adviesbehoefte, op fiscaal gebied bijvoorbeeld, enigszins afneemt. Naar verwachting blijven bedrijven ook in 2024 nog terughoudend met investeringen. Voor volgend jaar verwachten wij daarom eveneens een volumegroei van circa 3%.
Krappe arbeidsmarkt zet rem op groei
Bovendien zorgt de personeelsschaarste bij ruim de helft van de accountantskantoren voor een rem op de groei, zo blijkt uit de meest recente CBS-Conjunctuurenquête. Er is met name een tekort aan accountants met drie tot vijf jaar ervaring. Door onder meer de hoge werk- en regeldruk vertrekken zij na een aantal jaren veelal naar het bedrijfsleven. Meestal lukt het nog wel om net afgestudeerden en junior medewerkers aan te trekken, al is de uitstroom onder deze groep doorgaans groot, omdat ze vaak nog zoekende zijn naar de juiste baan. De personeelstekorten leiden ertoe dat kantoren selectiever worden in het aannemen van nieuwe klanten en dat ze de bestaande klantportefeuille onder de loep nemen, waarbij afscheid wordt genomen van minder renderende relaties.
Aan opdrachten geen gebrek
Ondanks de economische groeivertraging hebben accountantskantoren aan opdrachten geen gebrek. In het eerste kwartaal van 2023 noteerde de sector met 11% wederom een sterke omzetgroei, nadat vorig jaar al een omzetgroei van gemiddeld 8% werd gerealiseerd. En de komende jaren wordt het alleen maar drukker. Niet alleen vanwege de extra werkzaamheden voortvloeiend uit de coronapandemie, zoals controle van een juist gebruik van de verschillende NOW-regelingen, maar ook doordat het aantal bedrijven met een verplichting tot wettelijke controle van de jaarrekening toeneemt. Er zijn niet alleen meer bedrijven, de relatief hoge inflatie stuwt ook de omzet, waardoor meer bedrijven controleplichtig worden. Zowel beroepsorganisatie NBA als de zogenoemde ‘kwartiermakers toekomst accountancysector’ pleiten dan ook voor een verhoging van de drempelbedragen, aangezien deze niet automatisch voor inflatie worden gecorrigeerd. Daardoor blijft de instroom van nieuwe controleplichtige bedrijven beperkt en neemt de toch al hoge werk- en regeldruk niet verder toe.
Onderscheiden op arbeidsvoorwaarden
In een structureel krappe arbeidsmarkt wordt employer branding, waarmee bedrijven zich onderscheiden op het gebied van arbeidsvoorwaarden, steeds belangrijker om talent aan te trekken. Dit geldt zeker voor de kleinere accountantsorganisaties. Zij kunnen qua salarissen vaak niet opbieden tegen de grotere kantoren en moeten zich op andere gebieden onderscheiden om personeel aan te trekken. Dit kan onder meer door te zorgen voor een betere balans tussen werk en privé, een interessante klantportefeuille, door zich te richten op een bepaalde nichemarkt of door meer variatie in de werkzaamheden te bieden. Daarnaast wordt het beroep van accountant mogelijk aantrekkelijker doordat vaker in multidisciplinaire teams wordt gewerkt. Door alle nieuwe regelgeving is er immers meer behoefte aan andersoortige kennis en expertise, zoals klimaatdeskundigen, fraude-experts en data-analisten.
Lees de uitgebreide analyse van ING Bank hier