Competentie, niet cultuur, bepaalt het vertrouwen in de beginnend accountant
Een nog grotere focus op gedragsgerichte onderwerpen, ten koste van technische competentie in de accountantsopleiding, is een vergissing.
Tjibbe Bosman
De accountant wordt vertrouwd door het maatschappelijk verkeer, omdat de accountant bijzonder competent is op het gebied van verslaggeving, interne beheersing, controle en aanverwante onderwerpen. Accountants hebben één van de zwaarste beroepsopleidingen van het land voltooid, zijn onderworpen aan zware ethische eisen en aan een streng tuchtrecht. De accountant is als een financiële huisarts van een organisatie. De accountant heeft kennis over een breed aantal onderwerpen en toegang tot een brede groep specialisten waar nodig.
De recente uitspraken en voorstellen van de kwartiermakers over de accountantsopleiding maken mij ernstig bezorgd of toekomstige accountants nog aan dit beroepsbeeld zullen voldoen. In een paneldiscussie op het congres van de Foundation for Auditing Research stelde kwartiermaker Chris Fonteijn dat het wenselijk is dat de opleiding tot accountant meer gedragsgericht en minder technisch wordt. In de vierde voortgangsrapportage van de kwartiermakers wordt zelfs gesproken over "…op korte termijn een grondig herontwerp te maken van de opleiding".
De Nederlandse opleiding is vergeleken met andere (accountants)opleidingen al heel erg gefocust op (ethische) dilemma's, gedrag en mondelinge examens waarin de beroepsopvattingen van de kandidaat kritisch worden getoetst. Het onderwijzen en examineren van ethische onderwerpen is nuttig en draagt bij aan betere ethische beslissingen (Kowaleski et al. 2020). Daarnaast weten we uit FAR-onderzoek van Jere Francis en Lena Pieper dat consciëntieuze en 'disagreeable' accountants beter presteren (Pieper and Francis 2022). Professionals met deze persoonlijkheidskenmerken nemen ook betere ethische beslissingen (Parks-Leduc et al. 2021). Promovenda Sanne Janssen vond in haar proefschrift met FAR-data dat accountants met veel 'professional moral courage' beter presteren (Janssen 2020). Dit zijn elementen die grotendeels al in de eindtermen van de opleiding zijn geborgd en persoonlijkheidskenmerken die relatief eenvoudig en betrouwbaar zijn te meten.
Echter, een nog grotere focus op gedragsgerichte onderwerpen ten koste van technische competentie in de opleiding zie ik als vergissing. De maatschappij heeft niets aan (beginnende) accountants die geen journaalposten kunnen maken en een consolidatie niet begrijpen, maar wel een hele middag over een ethisch dilemma, diversiteit of filosofie kunnen praten. Als een accountant niet in staat is om de (technische) issues te herkennen, dan brengt de focus op cultuur en gedrag, sociologie en dergelijke niets.
Neem het herkennen van een (impliciet) derivaat en de vraag of en hoe deze moet worden verantwoord. Om zulke issues te herkennen is een zware technische competentie noodzakelijk. Tijd in de opleiding van deze technische competenties weghalen zal het toekomstige accountantsberoep niet beter maken. Als we kijken naar recente audit failures en de onderzoeksrapporten daaromtrent, dan lijkt er juist sprake te zijn van 'performance issues', een gebrek aan competentie dus. Als de Wirecard audit volgens de Duitse controlestandaarden was uitgevoerd, dan was de verslaggevingsfraude bij Wirecard waarschijnlijk al in 2014 aan het licht gekomen (Rödl & Partner 2021). Als de Vestia accountant wist hoe rentederivaten zijn te verantwoorden en te waarderen, was het derivatendrama bij Vestia waarschijnlijk eerder naar buiten gekomen.
Dit neemt niet weg dat het toevoegen van (sociaal) psychologen, ethici en filosofen op firmaniveau ongetwijfeld waarde heeft. Het is echter een vergissing om de schaarse tijd in de accountantsopleiding van de technische kernonderwerpen af te halen. Waarom zou elk lid van een audit team accountant moeten zijn en elke accountant gedragsdeskundige?
Bron: Accountant